Bodemverbetering per grondsoort

Bodemverbetering is meestal nodig bij zandgrond, kleigrond of veengrond voor een optimale groei en bloei .
Als u niet weet wat voor tuingrond u heeft, kunt u een grondmonster laten onderzoeken vóórdat u gaat aanplanten. Dit kan verzorgd worden door een bodemtechnisch laboratorium. U krijgt een overzicht van de samenstelling van de mineralen en de toestand van de aarde (zuurgraad en voedingsconcentratie) en ook een bemestingsadvies.
Het bezoeken van tuinen op dezelfde grondsoort in de omgeving laat de soorten beplanting zien die het er goed doen.

bodemverbetering met lavagrit brengt lucht en mineralen in de grond

deze bodem werd verbeterd met fijne lavagrit

Bodemverbetering van zandgrond

Droge zandgrond die weinig vocht vasthoudt, is geschikt voor woestijnplanten zoals Agave en Yucca. Ook vele heide- en coniferensoorten doen het dan goed. Mediterrane droogte-minnende planten zoals Cistus, Oleander, cactusplanten en andere succulenten, veel Eucalyptussoorten, sommige palmensoorten en allerlei kruiden en vetplanten kunnen hier zonder bodemverbetering geplant worden. Hoe heter hoe beter dus in de volle zon! Echter: bodemverbetering met basalt- of lavameel en beendermeel gaat een beter resultaat geven. Maar voor een weelderige plantengroei met moessonplanten zoals bamboe, banaan, varens, camellia’s moet er meer gebeuren. Zorg dan voor compost en beregening. Bijvoorbeeld een waterslang  ringvormig in de tuin aanbrengen met op gewenste plaatsen een T-stuk waarop een sproeier wordt bevestigd. Gebruik liefst oppervlaktewater, want grondwater is te koud en vaak te ijzerrijk. Op de botanische tuin wordt het grondwater eerst in een vijver gepompt en daarna pas gebruikt. Het is dan op temperatuur gekomen en het ijzer is bezonken.

Verbetering van veengrond

Deze grond is humusrijk en vochthoudend. Als het zuur is (veenmos, biezen enz. groeien dan volop zoals in hoogveen) wordt een exotische tuin moeilijker. Om zure veengrond geschikt te maken voor exotische planten,  eerst schelpengrit er door mengen en compost met basalt- of lavameel.
Als het voedselrijk is, groeien brandnetels, lissen en rietsigaren (indicatoren van stikstofrijke grond)  erg goed, en hoeft er weinig aan grondverbetering te worden gedaan. Basalt- of lavameel is wel aan te raden om ontbrekende mineralen toe te voegen.
Mediterrane beplanting is op deze grondsoort vrijwel onmogelijk. Denk eerder aan varens, rhododendrons, camellia’s en bamboe.
Probeer bij hoge grondwaterstand een verhoogd gedeelte te maken.Weinig planten verdragen een permanent hoge grondwaterstand. Alleen moerasplanten houden daarvan. Sproeien in de zomer is op vochthoudende veengrond niet nodig.

Bodemverbetering van kleigrond

Vette kleigrond is ongeschikt voor woestijnplanten en heide- en coniferensoorten. Mediterrane planten zoals Cistus en Chamaerops en allerlei kruiden en vetplanten niet zomaar planten. Eerst vermengen met zand.
Bodemverbetering met grof zand of perliet (gepofte lavakorrels), compost, lavameel en beendermeel maakt de kleigrond geschikt voor bamboe, varens, bananen, gembers en andere “moessonplanten”. Zorg dat door alle toevoegingen de grond hoger komt te liggen voor een betere afwatering. Voor woestijnplanten een zuidhelling van puin en steenslag creëren. ’s Winters droog houden met een glasplaat o.i.d.
Beregening is minder essentieel dan op droge gronden, maar  tijdens droge, hete zomers wel nodig. Dat betekent vaak: een waterslang  ringvormig in de tuin aanbrengen met op gewenste plaatsen een T-stuk waarop een sproeier wordt bevestigd. Gebruik  oppervlaktewater, grondwater is koud en vaak ijzerhoudend. Grondwater in een apart bassin  pompen en op temperatuur te laten komen. IJzer vlokt dan uit, kan geen kwaad meer doen en de planten krijgen geen koudeschok!

meer informatie>>

Reacties zijn gesloten.